Wayfinding is een term die we gebruiken voor 'het zoeken van een weg naar een bestemming'. Het heeft betrekking op zowel het fysiek (de weg kunnen afleggen) als het cognitieve aspect (de weg kunnen lezen en begrijpen) van de ruimte rond ons.
Om vanaf een startpunt een weg te zoeken naar ons doel, moeten we weten waar we ons bevinden en moeten we ons kunnen lokaliseren. We moeten de weg naar ons doel kunnen uitstippelen en volgen.
Daar aangekomen moeten we ons doel kunnen herkennen en de geplande activiteit kunnen uitvoeren. Op onze terugweg moeten we de weg opnieuw terug kunnen afleggen.
Met andere woorden: wayfinding omschrijft de mogelijkheid die we hebben of krijgen om de omgeving of een gebouw te kunnen lezen en begrijpen.
Het is voor iedereen een complex gegeven. Er zijn heel wat personen die problemen hebben bij het vinden van de toegang of de route: de paden zijn onduidelijk, de bebouwde omgeving moeilijk te begrijpen.
Personen met een beperking kunnen omwille van fysieke of cognitieve beperkingen hierbij nog grotere problemen ondervinden.
Wayfinding kan enerzijds bemoeilijkt worden door de fysieke ontoegankelijkheid van de route, maar in belangrijke mate ook door gebrek aan signalisatie en bewegwijzering, logische structuren. Voor personen met een visuele beperking is wayfinding heel vaak een grote uitdaging.