Verder Bladeren
Naar Top
Terug Bladeren
 
 
 

Kleine drempels aankondigen

Niveauverschillen maken steeds onderdeel uit van onze (loop)route in en rond een gebouw. Door hun specifieke vormgeving en het belang van een goede organisatie van het geheel vormen ze vaak knelpunten of obstakels.

Door een onoverbrugbare drempel kan een gebouw of een ruimte voor bepaalde personen onbereikbaar en bijgevolg ook onbruikbaar worden.

Een drempelloze (loop)route is een streefdoel. Omwille van ruimtelijk en praktische reden is dit in en rond een gebouw echter niet altijd mogelijk.

Onaangekondigde kleine niveauverschillen op onze looproute zijn bijvoorbeeld oneffenheden in de ondergrond, stoepranden en boorden,  plassen en verzakkingen, drempels aan toegangsdeuren, enzovoort.

Een drempel vormt een obstakel

Het zijn vaak kleine obstakels die we niet snel opmerken. We blijven er met de voet achter hangen, een kinderwagen stopt met een schok. Ze zorgen voor struikelgevaar voor iedereen.

Continuïteit in de (loop)route is belangrijk. Hoewel niet iedereen een niveauverschil als knelpunt ervaart, betekent het overbruggen ervan voor iedereen een te nemen hindernis.

Onnodige niveauverschillen vermijden is een belangrijke opdracht tijdens de ontwerpfase. Waar ze niet vermeden kunnen worden of vanuit technisch oogpunt noodzakelijk zijn, moeten ze op een goede wijze geïntegreerd en uitgevoerd worden.

Drempels of kleine niveauverschillen tot maximaal 2 cm hoogte kunnen vrij makkelijk overbrugd worden. Ze worden best hellend en afgeschuind voorzien, zodat rolstoelgebruikers of personen met kinderwagens of winkelkarretjes er gemakkelijk over kunnen rijden.

Zorg dat kleine niveauverschillen op de (loop)route aangekondigd worden, zodat een gebruiker ze kan opmerken. Waarschuwen kan op verschillende manieren. Maak gebruik van contrasten in materiaal, voorzie een variatie in kleuren of voorzie accentverlichting.

 
 
 

Keuze integreren voor grote niveauverschillen

Binnen de bebouwde omgeving kunnen we grotere niveauverschillen op verschillende manieren overbruggen: door een trap, een helling, een lift of door een combinatie van de voorgaande mogelijkheden.

Niet iedereen kan echter even vlot trappenlopen: ouders met kinderwagens, ouderen met een looprekje of kruk, rolstoelgebruikers, enzovoort.

Ook kan niet iedereen gemakkelijk een helling nemen. Personen met evenwichtstoornissen, een heupprothese of problemen aan de onderste ledematen hebben vaak moeite met hellende oppervlakken.

Een gebruiker zou een zo klein mogelijke inspanning moeten leveren om een niveauverschil te overbruggen. Iedereen moet dit ook op zijn eigen manier en tempo kunnen doen.

Bij grotere niveauverschillen (meer dan 2 cm) is het wenselijk dat de gebruiker kan kiezen welke oplossing voor hem het meest comfortabel / gewenst is. Dit kan door een combinatie van:

  • helling en trap;
  • trap en lift;
  • lift en helling.
 
 
 

Overbruggen van verdiepingen

Hellingen vormen een oplossing voor het overbruggen van beperkte hoogteverschillen. Voor het overbruggen van grotere hoogtes of verschillende verdiepingen vormen zij echter een ware uitputtingsslag voor de gebruiker.

Hoe lager het hellingpercentage, hoe langer een helling mag worden, maar ook hoe gemakkelijker wij die helling kunnen nemen. Iedereen heeft bij een lager hellingspercentage minder energie en kracht nodig om zich voort te bewegen, of we nu goed te been zijn of ons in een rolstoel of met krukken voortbewegen.

Omwille van de ruimtelijke beperking in binnenruimten is de hellingsgraad vaak te hoog, waardoor veel inspanning en energie gevraagd wordt. Een aaneenschakeling van hellingen om verdiepingen in binnenruimten te overbruggen wordt daarom afgeraden.

Ergonomisch gezien en omwille van het gebruikscomfort wordt in binnenruimten beter een trap in combinatie met een liftsysteem ingebouwd.

Liften bieden een vrijwel universele oplossing. Ze zorgen ervoor dat het overbruggen van grotere hoogteverschillen haalbaar wordt voor iedereen.

In buitenruimten komt de aaneenschakeling van hellingen met tussenbordessen voor de overbrugging van grotere hoogteverschillen vaker voor. Structureel gezien is er in buitenomgevingen meer mogelijkheid om hellingen minder steil uit te voeren. Ook het integreren van hellingen op terreinen die al van nature hellend zijn, kan vaak eenvoudiger verlopen.

Het gebruik van liften in buitenomgevingen komt omwille van weersinvloeden en onderhoudproblemen niet vaak voor. Daar waar ze wel voorkomen, sluiten ze meestal aan op de toegang tot het gebouw en zijn ze voorzien in een afgesloten koker.

hellingen en trappen c-mine Genk

 
 
 

Onderdelen van niveauverschillen

De ontwerpaanbevelingen rond het thema niveauverschillen bestaan uit vier onderliggende thema’s:

 
 
 

Regelgeving

Art. 12, 19, 20 en 21 van de ‘Stedenbouwkundige Verordening betreffende Toegankelijkheid’ hebben betrekking op het thema niveauverschillen.

Lees artikel 12.

Lees de artikels 19, 20 en 21.