Verder Bladeren
Naar Top
Terug Bladeren
 
 
 

Toegangspaden in een Notendop

Aanbevelingen:

Toegangspaden, paden of (loop)routes in een buitenomgeving.

  • Vrije doorgangsbreedte minimum150cm
  • Vrije doorgangshoogte minimum 230cm
    • Bij plaatselijke obstakels in de hoogte minimum 220cm
  • Versmallingen op de route:
    • Puntversmallingen: vrije doorgang van minimum 90cm, optimaal 100cm
    • Lijnversmallingen: vrije doorgang van minimum 120m
  • Vrije draairuimte:
    • Voor en na elke lijnversmalling
    • Na elke 10m loopafstand
    • Optimaal voor en na elke versmalling
  • Obstakels:
    • Mogen het ongestoord gebruik van het looppad niet hinderen
    • Steeds uitlijnen aan één zijde van de looproute
    • Lage, onaangekondigde obstakels vermijden
  • Niveauverschillen
  • Hellende toegangspaden:
  • Afwerking:

Regelgeving:

Art. 10, 12, 13, 14 van de ‘Stedenbouwkundige Verordening betreffende Toegankelijkheid’ hebben betrekking op toegangspaden.

Binnen de regelgeving worden zij omschreven als 'looppaden'. 

Lees artikel 10

Lees artikels 12 en 13

Lees artikel 14

 
 
 

Vormen van toegangspaden

Toegangspaden zijn looproutes in een buitenomgeving. Ze kunnen vlak of hellend zijn. Ook bijvoorbeeld een brug kan als toegangspad fungeren.

Het zijn de hoofdroutes op het terrein, de paden die van de straat naar de toegang tot het gebouw lopen, die de verbinding maken tussen gebouwen onderling of die lopen van het toegangspad naar de parkeervoorzieningen of de halte van het openbaar vervoer.

Andere minder belangrijke paden, zoals wandelpaden op een terrein of verbindingen naar secundaire diensten, worden beschouwd als secundaire routes.

Herkenbaarheid van toegangspaden is een aandachtspunt vanaf de ontwerpfase. Hoofdroutes worden onderscheiden van secundaire routes. Zones voor voetverkeer en deze voor gemotoriseerd verkeer moeten herkenbaar zijn.

Toegangspad met verschillende zones

Elk toegangspad en elke weg of specifieke zone op een toegangsweg moet afgestemd worden op het specifieke gebruik ervan.

De inrichting is afhankelijk van de omgeving, van de ligging van het gebouw en van de aansluiting op de openbare ruimte. De keuze om toegangspaden, parkeerstroken, fietspaden, rijwegen en voetpaden te mengen of te scheiden is hiervan afhankelijk.

Toegangspaden moeten goed herkenbaar en op een eenvoudige en logische wijze interpreteerbaar zijn. Planmatig wil dit zeggen dat elke gebruiker vlot zijn weg vindt naar een gebouw.

Dit kan door de toegangspaden of de verblijfsgebieden contrasterend uit te werken ten opzichte van de omliggende omgeving. Goede afmetingen, de juiste materiaalkeuze en detailafwerking kunnen hiertoe bijdragen.

Duidelijk pad in de omgeving

Lees de aanbevelingen voor signalisatie.

 
 
 

Vrije doorgangsbreedte en -hoogte

Looproutes in een binnen- en buitenomgeving zijn goed vergelijkbaar.

Gezien toegangspaden in buitenomgevingen voornamelijk paden omvatten waarop iedereen het gebouw benadert, wordt steeds rekening gehouden met een vrije breedte van 150cm die toelaat dat twee personen, vanuit verschillende looprichtingen, elkaar vlot kunnen kruisen.

Voor een druk belopen pad of toegang, waar drie wandelaars elkaar moeten kunnen passeren, is een vrije breedte van 180cm wenselijk.

Deze breedtes gelden voor vlakke zones. Dit betekent dat niveauverschillen zoals stoepranden en uitstekende elementen niet worden meegerekend als vrije en bruikbare breedte.

Toegangspaden in buitenomgevingen zijn zelden beperkt in de hoogte. Besteed toch steeds aandacht aan de vrije doorgangshoogte op plaatsen waar luifels hangen, bewegwijzeringborden geplaatst worden, enzovoort. Structurele obstakels in de hoogte, zoals verlaagde plafonddelen en onderdoorgangen, mogen geen knelpunt vormen voor grotere personen.

 
 
 

Versmallingen en obstakels

Versmallingen en obstakels op toegangspaden zijn slechts plaatselijk toegestaan.  Ze verkleinen steeds de capaciteit van het pad. Kruisende passages zullen moeilijk of niet mogelijk zijn.

Op cruciale plaatsen op een toegangspad, zoals bij toegangen tot een gebouw, de aansluiting met een parkeerterrein of zones met een drukken passage, moeten versmallingen en obstakels zeker vermeden worden.

Versmallingen

We maken een onderscheid tussen twee soorten versmallingen.

Een puntversmalling is een versmalling op de (loop)route over een (beperkte) lengte (maximum 120cm in de looprichting).

Een lijnversmalling is een versmalling op de (loop)route over een (grotere) lengte in van maximum 10m in de looprichting.

Tekening versmalling looproute

 

 

 

 

 

Een rolstoelgebruiker heeft plaats nodig om te draaien of wachten. Daarom moet vrije draairuimte voorzien worden ter hoogte van versmallingen op een (loop)route. Ook andere personen kunnen hier rusten of wachten tot de aankomende persoon (die zich op de versmalling bevindt in tegenovergestelde richting) gepasseerd is.

Versmalling aan de toegang met ervoor een vrije zone

Komt een versmalling voor in combinatie met een richtingverandering, dan is het belangrijk om een voldoende brede zone voor of na de versmalling te voorzien, zodat een gebruiker met een hulpmiddel (trolley, kinderwagen, rolstoelgebruiker,…) deze richtingsverandering vlot kan nemen.

Obstakels

Obstakels op toegangspaden komen voor onder de vorm van boorden, randen, vuilnisbakken, informatieborden, enzovoort.  Om obstakels te vermijden kunnen ze reeds vanaf de start opgenomen worden in het ontwerp. Voorzie plaats langs of op één lijn op het toegangspad.

Drempels worden beperkt tot een hoogte van maximaal 2cm. Ze worden best afgerond, afgeschuind of hellend uitgewerkt. Indien het niet mogelijk is om drempels te vermijden, zorg dan dat de niveauverschillen correct opgevangen worden.

Niveauverschillen of drempels op een toegangspad worden duidelijk aangegeven. Dit kan onder andere door het aanbrengen van een contrastmarkering of door het gebruik van contrasterende materialen. Ze moeten steeds opvallen.

Gemarkeerde drempel

Ook verplaatsbare elementen zoals (tijdelijke) infoborden, vlaggen of verplaatsbare balies kunnen obstakels vormen. Niet iedereen kan ze even vlot passeren of aan de kant schuiven.

Ter hoogte van toegangen van bijvoorbeeld grote evenementenhallen of winkels komen deze obstakels frequenter voor dan elders. Voorzie daarom reeds in het ontwerp plaats en ruimte, integreer ze als multifunctioneel bruikbare zones.

Als er meerdere obstakels aanwezig zijn op een route, moeten ze uitgelijnd worden aan één zijde, zodat steeds één zijde van de route vrij van obstakels blijft. Zeker voor personen met een visuele beperking is dit belangrijk omdat zij de omgeving screenen aan de hand van natuurlijke geleiding. De rand van een toegangspad is hier een voorbeeld van.

Het vrijhouden van de (loop)route zorgt ook dat de route duidelijk zichtbaar wordt in de omgeving zodat we ons goed kunnen oriënteren: waar zijn we? Waar leidt het pad naartoe?

Zitbank geplaatst uit de looproute

Aanbevelingen rond geleiding is als onderdeel opgenomen onder het thema (loop)routes.

Lees de aanbevelingen voor geleiding.

 
 
 

Variaties integreren

Aanbevelingen voor  toegangspaden gelden ook indien een pad of weg een andere vorm aanneemt, zoals bijvoorbeeld van een pad naar een brug, van een toegangspad naar een wandelpad, een trap of helling op het pad, enzovoort

Een brug, trap of helling zullen vaak een punt- of lijnversmalling vormen op de (loop)route. Zorg ervoor dat de functionele eisen van het toegangspad naadloos overgaan in deze elementen.

Vlakke overgang toegangspad-brug

Omwille van onderhoudsproblemen en vandalisme worden maar weinig liftsystemen gebruikt om grotere niveauverschillen in buitenruimten op te vangen. Het overgrote deel wordt gekoppeld aan een gebouw of constructie met een groter intern karakter.

Aanbevelingen voor het correct integreren van niveauverschillen zijn terug te vinden onder het thema ‘niveauverschillen’.

Lees de aanbevelingen voor niveauverschillen.

 
 
 

Afwatering van toegangspaden

Toegangspaden zijn best zo vlak mogelijk.

Bij buitenpaden moet men er steeds rekening mee houden dat ze onderhevig zijn aan weersomstandigheden. Om te vermijden dat zij glad worden door regen en er eventueel hinder ontstaat door plasvorming, wordt een kleine dwarshelling van maximaal 2% toegestaan.

Deze lichte helling zorgt ervoor dat water makkelijk kan wegvloeien, maar is te licht voor evenwichtsproblemen. Bij een te grote dwarshelling kunnen buggy’s, trolleys en rolstoelgebruikers teveel naar één zijde kantelen en hierdoor moeilijk bestuurbaar worden. Er moet teveel kracht gezet worden aan de hellende zijde, dit is fysiek niet voor iedereen mogelijk.

Voor een goede detailafwerking om dit te vermijden kunnen randen of boorden toegevoegd worden. Deze worden concreter omschreven onder de aanbevelingen voor de helling, onder leuningen en randen.

Lees de aanbevelingen voor leuningen en randen.

 
 
 

Beleving van (wandel)paden

Paden fungeren niet alleen als toegang- of verbindingsroutes. Ze kunnen ook opgenomen zijn in parken of kleine groene ruimten rondom en tussen gebouwen. Hierbij worden ze eerder als beleving- of speelelement opgevat.

Een pad wat meer beleving dan looproute is

Bij de vormgeving en uitvoering van dergelijke paden kunnen een aantal eenvoudige zaken bijdragen tot de opwaardering. Men kan bijvoorbeeld kleur gebruiken ter ondersteuning van de ruimtelijke context, zodat personen met een mentale of visuele beperking zich beter kunnen oriënteren.

Beleving kan ook gecreëerd worden met beplanting. Er kunnen hoekjes gecreëerd worden met specifieke kleuren, texturen en geuren. Let er wel op dat men planten gebruikt die antiallergisch zijn voor een zo groot mogelijke groep. Vermijd ook giftige plantensoorten.

Met geluiden (vogels, water,…), geuren en texturen van materialen (langs het pad, aan de wand,...) worden ook andere zintuigen geprikkeld dan alleen het visuele aspect.

Multifunctionele picknicktafel

Concretere aanbevelingen met betrekking tot toegankelijkheid van speeltuinen en groenvoorzieningen zijn opgenomen in de wenkenbladen rond toegankelijkheid:

Lees het wenkenblad toegankelijkheid van speeltuinen (nieuw venster)

Lees het wenkenblad toegankelijkheid van groengebieden (nieuw venster)

Ook in het ‘Vademecum integrale toegankelijkheid van parken’ kan je meer informatie vinden.

Lees het Vademecum Integrale toegankelijkheid van parken (nieuw venster)

 
 
 

Toegangspaden in beeld

Minimaliseren